Groot inkomensverlies bij ziekte
Een zelfstandige zonder personeel die tijdelijk arbeidsongeschikt raakt, verliest gemiddeld 2750 euro netto per maand aan besteedbaar inkomen. Dat blijkt uit een analyse van recente cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en TNO, uitgevoerd door Arbeidsongeschiktheidsverzekeringen.nl. De financiële impact van ziekte is volgens de onderzoekers groter dan veel zzp’ers denken.
Het gemiddelde netto jaarinkomen van zelfstandigen ligt rond de 33.000 euro. Zodra dat inkomen wegvalt, verdwijnen de middelen waarmee vaste lasten, verzekeringen en privé-uitgaven worden betaald. Omdat de meeste zelfstandigen geen vangnet hebben, ontstaat direct een groot risico op financiële problemen.
Noodbuffer voor minder dan een jaar
De gemiddelde zzp’er beschikt over een bedrijfsvermogen van ongeveer 34.400 euro. Dat bedrag lijkt op papier een redelijke buffer, maar bij een inkomensverlies van bijna 2800 euro per maand is het geld binnen twaalf maanden volledig op. “Veel ondernemers overschatten hun financiële weerbaarheid,” zegt woordvoerder Gabriël Baysoy van Arbeidsongeschiktheidsverzekeringen.nl. “Zonder verzekering betekent een jaar ziekte in de praktijk, dat er geen inkomsten meer zijn, terwijl de vaste lasten gewoon doorlopen.”
Volgens Baysoy is de situatie nijpend, omdat meer dan 80 procent van de zelfstandigen geen arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) afsloot. Slechts 16 procent is verzekerd tegen inkomensverlies, terwijl nog eens 5 procent een alternatief vangnet heeft via een broodfonds of vrijwillige UWV-verzekering.
Grote inkomensverschillen tussen sectoren
De cijfers tonen grote verschillen tussen beroepsgroepen aan. Zzp’ers in de financiële dienstverlening verdienen gemiddeld ruim 3800 euro netto per maand, terwijl ondernemers in de horeca, kunst of cultuursector vaak niet verder komen dan 1200 tot 1400 euro. Voor deze groepen is een jaar zonder inkomsten nauwelijks op te vangen, ook niet met een spaarbuffer.
Baysoy wijst erop dat veel zelfstandigen hun financiële risico’s onderschatten doordat ze uitgaan van korte ziekteperiodes. “Een buffer van 30.000 euro lijkt veel, maar één langdurige ziekteperiode kan al genoeg zijn om die volledig op te maken.”
Stijgende onzekerheid door strengere regels
De financiële kwetsbaarheid komt bovenop de aangescherpte regels rond schijnzelfstandigheid. Deze regels maken veel zelfstandigen ongerust. Sinds 1 januari controleert de overheid strenger op arbeidsrelaties die in praktijk op loondienst lijken.
Volgens Metro-onderzoek overwegen steeds meer zelfstandigen te stoppen door de toegenomen onduidelijkheid en complexiteit van de nieuwe regelgeving. Critici, waaronder opiniemaker Annemarie van Gaal, noemen het beleid “onuitvoerbaar” en “een ramp voor de zzp’er”.
Behoefte aan bredere bescherming
De discussie over ziekte en inkomenszekerheid onder zelfstandigen raakt daarmee aan een breder maatschappelijk vraagstuk: hoe kunnen flexwerkers dezelfde basiszekerheden als werknemers krijgen, zonder hun zelfstandigheid te verliezen?
De overheid onderzoekt momenteel opties om de AOV-plicht voor zzp’ers vorm te geven, maar concrete invoering laat nog op zich wachten. Tot die tijd blijven veel zelfstandigen afhankelijk van hun eigen spaargeld, met alle risico’s van dien wanneer ziekte toeslaat.
0 reacties